destaring

als verhalen een stad op zich zelf wordt in je hoofd wordt het tijd om het te tonen aan de buitenwereld. enjoy city 18

Tuesday, November 28, 2006



Strijdlust 2

Bella snapte er helemaal niets meer van en keek haar moeder aan.

Mamma, die koning wil die nou iets vinden wat er niet is.
Ik snap het niet hoor maar je kan toch niet vechten tegen iets wat er niet is.
Ik vind de koning wel heel moedig hoor maar ik ben bang dat hij de koningin nooit zal kunnen bevrijden.

Moeder nam de 7 jarige Bella in haar armen en glimlachtte.

Dat is heel slim van je Bella en je hebt helemaal gelijk maar de koning had bijna alle hoop opgegeven en hij was bang om alles te verliezen dus raapte hij zijn laatste beetje hoop bij elkaar om het verdriet dat hij had om zijn koningin te verslaan.
Hij wist ook dat hij dat als hij thuis bleef de duisternis niet kon verslaan want elke keer als hij ging kijken naar zijn koningin hij weer alle hoop zou verliezen dus daarom ging hij een tijdje weg om zichzelf te vinden.
Hij wist dat er toch goed voor zijn koningin gezorgd zou worden dus kon hij weg.

Op het voorhoofd van Bella zag je kleine denkrimpeltjes verschijnen en je zag dat ze heel goed nadacht over wat mamma zei.

Zitten wij daarom hier in dit hutje omdat jij moet nadenken hoe we verder gaan nu pappa in het ziekenhuis ligt te slapen?

Met een vragend maar goed bedacht gezicht keek ze mamma aan. Ze vond van zichzelf dat ze een heel slimme vraag had gesteld.
Haar moeder kreeeg kippenvel van de vraag van haar dochter en wreef snel een traantje weg.

Je hebt gelijk Bella.
Pappa, zoals je weet wordt misschien ook nooit meer wakker en dan zijn we met ons tweetjes.
Mamma moet heel goed nadenken hoe we het samen gaan redden en mamma moet samen met jou heel hard gaan vechten om de duisternis tegen te houden.

Moeder hield Bella dicht tegen zich aan zodat haar dochter haar tranen niet kon zien.
Bella nestelde zich in haar armen.
Het was en veilige plek voor Bella en moeder voelde de warmte van haar dochter door haar heen stromen.

Mamma?

Ja Bella.

Mag ik dan jou Prinsesje zijn want dan hoef je daar al geen verdriet meer over te hebben.
Dan heb je mij al gevonden.

Moeder voelde een rilling door haar lijf trekken.

Ja hoor Bella jij bent mijn prinsesje en samen struren we de duisternis weg.

Ja samen he Mamma.

Moeder deed het nachtlampje aan en staarde nog even in de duisternis terwijl de door de haren van Bella streelde die langzaam in slaap dommelde.


Strijdlust

Draag de last die over je heen, kom en strijd in de naam van jou koninkrijk.

De koning legde het zwaard op de schouder van zijn nieuwe ridder die zal strijden tegen het verdriet dat in het niets zich gevormd heeft en niet zomaar in het niets zal verdwijnen.
De koning zuchtte.
De last op zijn schouders
Het leek wel of het elke dag zwaarder werd en er geen uitweg meer terug was.
Het was donker om hem heen en in zijn hoofd kon hij het lichtpuntje niet meer vinden.
Al tijden zweefde hij in zijn eigen verdriet dat gekomen was en hem omhulde met een melancholie van rust.
Hij had zich berust maar met het laatste stukje vechtlust stuurde hij nog steeds dappere krijgers de duistenis in wetend dat ze nooi terug zouden keren.
De kleine prins was nog niet gevonden en zijn koningin lag al maanden in een coma nadat ze het verdriet had geaccepteerd.
Waar was de kleine prins.
Kon hij de last van het duistere verdriet dragen.
Het tolde in het hoofd van de koning.
Met een zucht plofte hij weer in zijn troon.
Zijn raadgevers hadden ook geen oplossing meer.
De koning gaf op, het was tijd om zijn koningin te begroeten en samen weg te dwalen in de duisternis.
Hij was er al vaker geweest, zijn zwaard getrokken, zijn harnas aan en strijdvaardig.
Maar in de ochtend ontwaakte hij weer en was hij oud en deed alles pijn van het eens zo triompfantelijke gevecht dat hij hij die nacht had gedroomd.
Waarom gaf hij zichzelf niet over aan het verdriet, aan de duisternis.
Juist daar kon hij nog zegevieren, juist daar was hij de machtigste koning ooit.
Hij streed naast zijn ridders in volle glorie tegen de vijand die zijn konikrijk omver wilde werpen.
Hat was bizar dat hij daar gelukkig kon zijn terwijl hij wakker nooit meer kon zegevieren.
Hij wilde weg, het was goed zo.
De koning stapte op uit zijn troon, gebood zijn dienaren zijn paard te zadelen en zijn harnas te halen.
Hij ging zelf weer ten strijde en hij zal blijven strijden tot hij gezegenvierd had.
Zijn dromen moesten werkelijkheid worden.
Hij liep naar zijn koningin, ze lag daar in een prachtige jurk, al haar wonden ware bedekt en op haar mond sierde een tevreden glimlach.

Ik ben een tijdje weg maar ik kom terug en dan houden we elkander weer vast, net als voorheen.
Ik weet niet of ik de prins zal vinden want hij wordt goed bewaakt in het duistere hol van de vijand.
Dat is zijn troef maar ik zal hem vinden en overwinnen mijn liefste.

Hij kuste haar rode lippen en drukte zijn hand op haar hart.
Hij kon het goed voelen, het sloeg even over.
Hij glimlachte door zijn tranen heen en wist dat ze er nog was.
Hij zal voor haar vechten en hij zal voor haar overwinnen.
De kamerdames gaf hij de opdracht om heel goed voor haar te zorgen wat eigenlijk al vanzelfsprekend was.
De koning trok zijn harnas aan en bestijgde zijn paard nam zijn zwaard in zijn handen en keek zijn gevolg aan.

Als ik terugkom dan heb ik gezegenvierd en zal er een groot feest gevierd worden.
Keer ik echter niet terug dan zorg goed voor mijn koningin en mijn huis want dan zal de prins ooit huiswaarts keren om jullie leider te zijn.

De koning spoorde zijn paard aan en zo reed hij de duisternis in zijn laatst geslagen ridder achterna.
In een paar seconde was hij al niet meer te zien.
De duisternis trok snel op en de koning was nog de enige hoop op overleven.

Sunday, November 12, 2006

Droomeind.

“ Blijft er dan niets meer over van waar ik ooit van droomde”
Ik stond stil.
Zij stond voor me.
Haar donkere ogen keken mij van onder haar ravenzwarte lokken aan
“Je bent er geweest dus tel je laatste minuut maar af.”
Ik had niets meer om af te tellen dus ik strekte mijn armen en opende mijn ogen zo ver mogelijk.
Ik staarde haar recht in haar gezich aan en vroeg haar of ze maar gewoon wilde schieten snijden of wat ze dan ook van plan was.
“ Ik ben klaar hier en jij weet het, anders stond je hier niet”
ik wist niet waar ik naar toe ging maar een ding is zeker ik was klaar.
Mijn hoofd was helder en mijn ogen bleven staren.
Ze glimlachte na mijn overmoedige woorden en ze liep langzaam naar mij toe.
Haar heupen wiegde op de maat van haar stappen.
Links rechts, links rechts.
Het leek wel uren te duren.
Toen ze stopte stond ze een centimeter van me af en haar lichaam raakte de mijne.
Ze veegde haar zwarte lokken die in haar gezicht hingen naar achter en keek me aan.
Haar glimlach sierde nog steeds haar prachtige gelaat.
Ik voelde haar rechterhand achter in mijn nek en links onder in mijn buik voelde ik de koude loop van een pistool die ik alleen maar uit de westerns ken.
Ik trilde even van de kou van de loop maar beweegde me verder niet.
Met haar rechterhand trok ze mijn hoofd schuin zodat ze mij iets in mijn oor kon fluisteren.
“ geef je dromen maar aan mij want je hebt verloren”
vlak na haar zachte woorden hoorde ik een schot.
Het was haar geweer die een diep gat boorde in mijn maag.
De pijn gierde door mijn lichaam maar ik schreeuwde niet.
Ik wilde wel maar iets hield me tegen om het niet te doen.
Zij kuste mij op mijn linkerwang en liet mij vallen.
Ze was verdwenen en ik had mijn dromen verloren.
Ik dacht dat ik er geen meer had maar nu voelde ik dat ze uit mijn ziel waren getrokken.
Er was er nog een over.
De vraag, “ wie was zij” dat wilde ik weten, dat was mijn droom.
Iets te laat maar ze had me wel nog een droom gegeven.
Een droom over haar.



Als liefde ontroostbaar is

Het brengt met terug naar vroeger tijden
Als ik denk aan jou en mij
Weet ik niet meer zeker
Niets meer zeker
Dan dat mijn zekerheid jou breekt
In duizend kleine stukjes verdeeld over het heelal
Dag in dag uit hoor ik je stem
Je moet me vinden
Ik moet je vinden en weer samen lijmen
Net als vroeger
Samen zijn

Ik ben er bang voor
Om jou te ontmoeten
Elk stukje van je bij me te dragen
Alsof je weer binnendringt in mijn fort
Mijn kanonnen ontlaadt
En elk schot in je opneemt zonder pijn te laten zien
Je moet me vinden
Ik moet je vinden en weer samen lijmen
Want zo krijg ik je uit mijn hoofd
Zo zullen we weer samen zijn
Net als vroeger

Net als vroeger
Met mijn handen in mijn haar
Als ik jou tranen zag
Als ik ze op probeerde te vangen
Als je wild om je heen sloeg
En mij radeloos achterliet
In duizend kleine stukjes verdeeld over het heelal
Je moet me vinden
Je moet me vinden en weer samen lijmen
Net als vroeger
Samen zijn.

Wednesday, November 08, 2006



die is van mij en mijn liefste