destaring

als verhalen een stad op zich zelf wordt in je hoofd wordt het tijd om het te tonen aan de buitenwereld. enjoy city 18

Thursday, June 28, 2007

Super hero stuff 16

Margus was een van de online leerlingen van campus.
Een online leerling betekende dat hij door zijn gave niet meer in een klaslokaal of welke ruimte met andere mensen dan ook kon zijn zonder een gevaar te zijn voor zijn omgeving.

Margus was nog maar 12 jaar en kwam vorig jaar wonen op campus omdat zijn ouders zijn gave echt niet meer kon bedwingen.
Omdat hij erg jong is geef ik hem 1 maal per week thuis begeleiding.
Hoewel thuis een groot woord is.
Ik moet in een stevig geïsoleerde tent verblijven van waaruit ik met hem kan praten terwijl hij in zijn kamer zit.

Vandaag ga ik weer met hem praten want het gaat niet goed met Margus en de innerlijke woede van eenzame opsluiting speelt parten met zijn psyche waardoor hij weinig controle kan houden op zijn gave.

Ik merkte al dat hij boos was toen ik de tent betrad want de haren op mijn armen gingen rechtop staan. De statisch lading in zijn lichaam had een hoog punt bereikt maar was wel stabiel.
Ik zetten de microfoon aan om met hem te praten maar Margus zat boos op de bank een vechtspel te spelen op zijn spelcomputer.
Hij was er erg goed moet ik bekennen.

Hoe komt het dat je daar zo goed in bent Margus?

Ik stel me de hoofden voor van iedereen waar ik een hekel aan heb en ik begin er tegen aan te kicken.

Vanuit zijn mondhoek verscheen een glimlacht omdat hij erg blij was met zijn antwoord.

En wie zijn die mensen dan.

Hebt U zichzelf al eens bekeken professor, U komt hier elke week en U vraagt me niet eens of ik dat wel wil.

Heb jij mij wel eens gevraagd of ik wel bij je wil komen Margus.

Dat zou ik niet hoeven te vragen want ik heb er niet om gevraagd.
Net zozeer dat ik niet gevraagd heb om hier opgesloten te zitten en net zo min dat ik gevraagd heb om deze gave te hebben waar ik niets mee kan omdat ik toch opgesloten zit.

Wil je dat ik hier bij je kom elke week Margus?

Typische vraag professor.

Hij zette zijn spel op pauze en kwam vlak voor mijn neus staan.

Eigenlijk interesseert het me geen ene flikker of U hier komt maar aan de andere kant bent U ook de enige die hier komt elke week en waar ik even tegen kan spuien.
Dus ja en nee als antwoord op ben ik blij dat U hier bent.
Weet U ook waarom iedereen zo bang is voor mij.
Ik schijn nogal explosief te zijn, die statische lading die U haren doen rijzen vanachter dat tentje daar is nog maar de helft van mijn kunnen.
Hebt U zich wel eens afgevraagd waarom mijn ouders niet meer in een huis wonen.
Ze wonen niet meer in een huis omdat ze mij opsloten in een kelder volledig geïsoleerd met staalwol.
Ziet U die krassen over mijn lichaam, dat krijg je als je naar in een kamer met staalwol zit. Die wonden zijn van proberen eruit te komen en je lichaam op scheuren aan de scherpe wol.
Jaren lang heb ik mijn eigen statische lading gevoeld, veel pijn stroomde door mijn lichaam heen maar het laadde mij ook op..
Het vergde veel kracht om die explosie te veroorzaken die het huis deed opblazen.
Staalwol geleid namelijk ook heel erg goed.
Zij hebben mij gemaakt tot wat ik nu kan en ik kan niet meer terug.
Mijn ouders hebben mij opgeladen en het is niet meer te hanteren in de buitenwereld.
Als U hier in deze ruimte zou staan bent U direct dood want ik kan zonder mijn wil in U lichaam met maar een klein schokje U hart stoppen.
Ik wil huilen maar mijn lichaam verdampt alles meteen want water is het enige wat elektriciteit niet kan verdragen.
Een droge douche kan ik nemen.
Man ik stink een uur in de lucht van die parfumgeur!!!

Margus stortte weer op de bank neer en ik voelde dat hij zijn lading aan het bedwingen was.
Hij ging langzaam toch wel vooruit ondanks dat hij denkt van niet.
Hij is nog jong en boos op alles.
Ook wel terecht want hij had een ander leven kunnen hebben als zijn ouders beter waren ingelicht.

Margus vind je het goed als ik binnenkort weer even langs kom om te praten of te luisteren.
En zo niet dan kom ik toch wel.

U doet maar professor, kan mij geen ene flikker schelen.
Ik ga toch nergens heen.

Tot later…….

Tuesday, June 26, 2007




De liefde van huis.

Met een slag sloeg de koning het hoofd van zijn vijand eraf.
Het bloed spatte in zijn gezicht en trok in zijn poriën.
Hij viel op zijn knieën, hij was moe.
Moe gevochten,zijn razernij was gezakt en hij wilde niet meer.
Hij voelde dat zijn kruistocht ten einde liep.
Met een droeve blik keek hij het slagveld rond.
Om hem heen sleepte de overlevenden zicht voort in een slachtveld dat nooit hoefde te zijn.
Hij was oud geworden.
Zijn gezichtslijnen werden geaccentueerd door al het gedroogde bloed van al zijn slachtoffers.
Hij had hun woede en angst gezien.
Hij had hun zien vragen om vergeving terwijl hij in blinde woede hen aan zijn zwaard reeg.
Maar nu……nu was alles ten einde.
Het was klaar.

Hij voelde hoe twee van zijn trouwe onderdanen zijn armen onder hun schouders namen en hem mee droegen naar de tent waar hij op bed werd gelegd.
De dag is voorbij, de slag was voorbij en hij kon slapen.
De tent sloot en zijn ogen sloten.

Zijn koningin, hoe zou het met haar zijn.
Het waren jaren van kruistochten en vechten om vreemde vijanden te verslaan.
Elke dag miste hij haar en wilde hij bij haar zijn.
Hij wilde terug.
Hij zag haar voor zich zweven in haar zwarte gewaad.
Haar hand streelde over zijn wangen en ze gaf hem met haar liefde nieuwe energie.
Hoe hield hij van deze vrouw die hij nooit zag en eigenlijk een vreemde was.
Hij hield van haar met heel zijn hart en al moest hij tot de dood strijden om voor haar een veilig huis te bieden dan deed hij dat.
Hoe zou het met haar zijn.
Zou zij hem ook missen.
Hij had beloofd om snel weer thuis te zijn.
Hij had gelogen als had hij graag bij haar willen zijn.
Elke dag weer.

Hij wilde haar hand voelen terwijl ze zacht zijn gezicht waste en de onschuld terug bracht die hij ooit in een verleden had gevoeld.
Hij wilde met haar rennen door de tuinen van het paleis en in haar armen vallen op het hemelbed.
Hij wilde haar liefhebben en voor eeuwig vasthouden zonder enige last te dragen van het koningschap.

Morgen keerde hij terug en nu was hij terug in zijn dromen.
Deze dromen waren heel belangrijk voor hem want zonder deze dromen had hij al die jaren niet volgehouden.
Hij vocht voor haar en niemand anders.
Eigenlijk wist hij wel dat hij niet voor haar hoefde te vechten en dat zij hem ook thuis wilde hebben.


Morgen zal hij naar huis keren.
Morgen.
Hij werd wakker en liep de tent uit waar zijn manschappen alweer klaar stonden om hem te dienen.
Allen hoopte op de woorden die hij dacht.
Iedereen wilde naar huis, naar familie en hun geliefden weer in hun armen sluiten.
Hij trok zijn zwaard en stak het in de drassige kleigrond.

“Morgen keren we terug naar huis.
De kruistocht is afgelopen en het word tijd om ons eigen koninkrijk in de armen te sluiten.”

Je hoorde de zucht van verlichting gevolgd door het luide gejuich van vreugde.
Ze gingen naar huis.
De reis zal lang zijn maar er was een duidelijk doel.
De liefde van huis.

Wednesday, June 20, 2007



Realistische mogelijkheden.

33 jaar en nog steeds weet ik niet waar ik mee bezig ben. Ik wil weg maar heb nog veel liefde te geven.

“Ik krijg de tering van alles wat niet naar mij wil luisteren want ik wil altijd alle aandacht”.
Eigenlijk is hier geen ene moer van waar maar toch wil ik het maar eens gezegd hebben.
Ik ben helemaal alleen, voel me alleen en niemand snapt ook maar iets van wat ik voel en denk.
Van binnen voel ik mij soms in en in slecht en geef ik op alles af wat er maar in mijn omgeving gebeurt.
Op een of andere rede gebeurt dit nooit en ben ik altijd maar de goedaardige lobbes die iedereen wil helpen en mezelf daarin vaak genoeg vergeet.
Ik kots af en toe van mezelf dat ik zo ver ga in mijn hulp voor anderen dat ik er dagen ziek van kan zijn en stevige hoofdpijnen aan over houdt.
Stress van goedheid, dat is het en niets anders.
Ik heb zin om me af te reageren, iemand totaal los te slaan en het bloed van zijn gezicht langs mijn voorhoofd af te smeren.
Hard klinkt dat hè.
Hard klinkt dat
So what I don’t give a fuck what other people think of as long as I know I’m right.

Ik heb de behoefte om van een hele hoge brug aft e springen en met een knal in het water te belanden om vervolgens weer met te weinig lucht het oppervlak te bereiken en te snakken naar adem.
Ik wil weer adrenaline voelen in mijn lijf, ik wil weer voelen dat ik leef.
Onberekenbaar ongestoord dingen doen die niet kunnen en mogen volgens de shit waarden en normen die gesteld worden.

Helaas is mijn lichaam geheel ingesteld op de shit waarden en normen en kan ik mijn gedachte van vrijheid niet meer laten overheersen op de gedachte van het fatsoen.
Ik ben geboren voor hulp te bieden om mensen te begrijpen en ik begrijp ze ook.
Ze weten dat ik hun begrijp.
Ze voelen dat ik hun begrijp.
Balen gewoon om deze eigenschap te hebben.
Mooi om deze eigenschap te hebben.
Maar af en toe.
Heel af en toe ben ik hem liever kwijt dan rijk.

At all time we must keep in sight the limits of realistic possibility
(R milhouse Nixon,1956)