Als ik wakker wordt lig je dan naast me? 4

Er worden veel moorden gepleegd de laatste tijd in het schimmenrijk en ik als oud onderzoeksrechercheur wordt gevraagd om de moorden te onderzoeken.
Mijn team heeft zichzelf a samengesteld en staat pal naast me om het avontuur tegemoet te gaan.
Ik vertrouw het allemaal niet en houdt gepaste afstand tijdens mijn onderzoek.

Kieram wil mijn rechterhand zijn en haar vriendje die voor de krant schrijft en dus altijd nieuwsgierig is, voornamelijk naar wat Kieram en ik voor elkaar betekenen, volgt het verhaal, of eigenlijk ons, op de voet.
Het maakt mij niet veel meer uit en ik lat hem maar volgen.

Mist is de anderhalf gepasseerd en wil ook mee.
Ze heeft een sterke wilskracht en ik kan haar dan ook met geen mogelijkheid tegenhouden.
Niet dat ik dat ooit geprobeerd heb, er is iets in haar mistige ogen waar ik ondanks dat ik dol op haar ben, ik ook voorzichtig met haar ben.
Babs blijft thuis, daar voelt ze zich veilig.

De moorden worden voornamelijk gepleegd aan de rand van het duistere woud en omdat ik dit gebied blindelings kan doorkruisen.
Dit komt omdat ik er in het begin van ons verblijf vaker ben geweest om mijn schim te ontlopen.
Dit geeft mij een voordeel op de rest.
In ieder geval wel op Kieram en haar vriendje omdat Mist alles blindelings kan doen.

Ik loop voorop en heb een touw om mijn middel gebonden waar de rest zich aan vast kan houden om niet kwijt te lopen.
Ik wil geen zaklantaarns omdat ik niet weet wie de moordenaar is.
Als het een schim is dan kan hij opduiken als hij in het licht komt.
Wat we ook weten is dat de slachtoffers het woud ingetrokken worden opengesneden worden en aan de rand van het woud weer gedumpt worden.

Na een paar uur gelopen te hebben besluit ik om terug te keren en zo zijn we na lang zoeken weer terug aan de rand van het woud.
We zijn teleurgesteld maar geven zeker niet op.
Ik kijk nog even of we er allemaal zijn maar ik mis er een.
Mist is kwijt geraakt in het woud.

Ik ren terug het woud in met Kieram vlak achter me aan met een zaklantaarn.
Haar vriendje blijft aan de rand van het woud staan.
Ik ren zo hard als ik kan en roep haar naam.
Achter me hoor ik Kieram hetzelfde doen.
We staan even stil en luisteren alleen maar.
Een stuk verderop horen we een luide gil en daarna niets meer.
We rennen erop af en Kieram houdt het licht voor zich uit.
We komen bij een grot terecht en in het licht zien we de met bloed besmeurde wanden.
Mist zit op haar knieën bij wat de moordenaar zou zijn.
Mist heeft niets en hij is zwaar gewond maar leeft nog.
Terwijl wij verstijfd bij de ingang van de grot blijven staan draait Mist haar hoofd in onze richting terwijl ze haar hand op het hart van de moordenaar legt.
Ze drukt haar hand hard omlaag en zo verlaat de donkere ziel van de moordenaar zijn lichaam.
Mist staat op en loopt recht op mij af.
“Ik heb hem te pakken pappa, nu zijn andere mensen weer veilig.”
Kieram kijkt mij aan en neemt Mist in haar armen en draagt haar de grot uit.
Mist valt meteen in een diepe slaap in Kierams armen.
Die 2 hebben een bijzondere band samen.

We lopen gezamenlijk het woud uit en ik weet niet wat ik van mijn dochter moet vinden.
Ik hou zielsveel van haar en wederom denk ik dat het wel de natuurlijke argwaan zijn die in mij zit.
Ik vertrouw het niet.
Eigenlijk wachtte ik nog steeds tot ik wakker werd in de hoop dat het echt niet lang meer zou duren’

Was geschreven

Dr. Onk